Na Robin Raven, Erna Sassen, Anna Woltz en Marloes Morshuis was woensdag 21 mei Marco Kunst de vijfde schrijver van jeugdliteratuur die op uitnodiging van het Leeseum, de leesclub van het Ichthus, onze school bezocht. 25 leerlingen kwamen, veelal gewapend met hun favoriete boek van Kunst, op het schrijversbezoek af. Een inspirerende bijeenkomst vol mooie verhalen en verrassende vragen.

De leerlingen van het Leeseum kiezen jaarlijks zelf een schrijver uit en organiseren het bezoek. Marco Kunst voelde zich vereerd en stond met zichtbaar plezier voor de groep geïnteresseerde jonge lezers.

Kunst vertelde honderduit over de totstandkoming van zijn boek Patroon. Over de uitgebreide research waarbij hij onder meer rondkeek bij de rechtbank, sprak met jeugdhulpverlening en politie en – toen hij eenmaal besloten had dat hoofdpersonage Mylo met zijn licht dementerende opa op reis moest – zijn reis naar Amerika. Maar ook over het schrijfproces zelf en het uitgeven van een boek.

Patroon hadden de leerlingen allemaal gelezen en een deel van de  leerlingen had zelfs meerdere boeken van Kunst verslonden. Ze vroegen de schrijver dan ook het hemd van het lijf. Hoe kom je op het idee voor een boek? In welk personage herken je jezelf het meest? Hoe lang doe je over het schrijven van een boek? Lees je als je aan een boek werkt, zelf ook nog boeken en leidt dat dan niet af? Welke schrijver is jouw eigen favoriet? Ben je nooit bang dat je zoveel inspiratie uit andere boeken haalt dat je het dan bijna overschrijft? Waarom verandert het vertelperspectief op het eind naar een alwetende verteller? En de hamvraag: Wordt Patroon verfilmd?

Kunst was verrast over de originele en slimme vragen die hij kreeg. Zo wilde een leerling weten of een passage over een kerkhof een heel donkere woordgrap bevatte of dat het toeval was dat Kunst het pad daar liet doodlopen. Het blijkt per ongeluk te zijn en daar kon Kunst nu zelf ook wel om lachen. 

Kunst gaf veel schrijftips voor leerlingen. ‘Het komt simpelweg aan op gaan zitten, blijven zitten en schaven aan je tekst.’ Of: ‘Dwars zijn en vasthouden aan je eigen verhaal.’ En: ‘Als schrijver moet je het voor je personage zo wreed mogelijk maken. Dan gaat het schuren en wordt het indringend.’ Zo bedacht Kunst voor Mylo die zich schuldig voelt over de dood van een vriend door zijn onnadenkendheid een opa die juist heel veel nadacht en het goede wilde doen maar vreselijke dingen meemaakte in de Vietnamoorlog.

Met een signeersessie kwam er een eind aan dit boeiende schrijversbezoek.